Tom Jacobs (gemeente Venlo) en Lex Nicoll (gemeente Beesel) werken samen in het Regionaal Mobiliteitsoverleg (RMO) Noord-Limburg. Een samenwerking van acht gemeenten in de regio Noord-Limburg. Het totaal aantal inwoners in deze regio is 280.000. De samenwerking is ooit gestart vanuit o.a. de gezamenlijke inkoop van verkeerseducatieve projecten in RMO-verband. Dit breidde zich uit in de loop der tijd naar een breder terrein. De acht gemeenten hebben de afgelopen anderhalf jaar gewerkt aan een gezamenlijke mobiliteitsvisie volgens de SUMP-methodiek. Deze methodiek staat voor het komen tot Sustainable Urban Mobility Plans. Het verbinden van duurzaamheid, klimaat, mobiliteit etc. staat in deze plannen centraal, net als in de Omgevingswet. Ook het proces dat gevolgd is met veel ophalen ‘van buiten naar binnen’ past goed in de nieuwe context. De vier grote pijlers onder de Omgevingswet zijn namelijk:
Op al deze pijlers hebben de 8 gemeenten zich gericht. Eind 2017 moest er een nieuw bestuurlijk vastgesteld mobiliteitsplan zijn (een ‘programma’ in de geest van de Omgevingswet). Er is gewerkt aan drie onderdelen: een visie, een strategie en een uitvoeringsprogramma. Het plan van aanpak is van 40 pagina’s teruggebracht tot een ‘praatplaat’. Uiteindelijk is de visie opgeleverd in de vorm van een animatie. Hij is tot stand gekomen in samenwerking met stakeholders uit allerlei terreinen (ook de niet gebruikelijke stakeholders). Bij deze mensen zijn veel ideeën opgehaald. In totaal zijn er in het hele participatieproces zo’n 500 mensen betrokken. Dit zorgt er ook voor dat het als een gezamenlijke visie wordt gevoeld en dat mensen ook zelf de handschoen op willen pakken en hun aandeel in de doelen willen leveren. Er ontstaan pilots met bijvoorbeeld transporteurs die ladingen willen combineren, gemeenten hebben gezamenlijk deelauto’s en elektrische fietsen aangeschaft. We discussiëren over hoe deze mobiliteitsvisie past in de Omgevingsvisie(s). De Omgevingsvisie loopt wat trager; er is een regiovisie maar vanuit Venlo bijvoorbeeld moet het proces nog starten. Trendsportal laat zien dat je hier niet perse op hoeft te wachten om met je omgeving tot een visie en plannen te komen. Meer informatie:
Arnoud Beens vertelde als opdrachtgever voor het ‘bestemmingsplan met verbrede reikwijdte’ over de ontwikkeling van het Hembrugterrein in Zaanstad-Zuid. Dit bestemmingsplan is de voorloper van het Omgevingsplan. Zaanstad heeft voor dit gebied (o.a. een voormalig defensieterrein) een visie vastgesteld waarin zij het gebied wil transformeren van werkgebied naar woongebied. Onder de oude condities en vergunningen zou dat niet mogelijk zijn omdat geluid, geur etc. in dit gebied sterker aanwezig is en de strikte normen en regels woningbouw zouden tegenhouden. De Omgevingswet geeft mogelijkheden voor het vaststellen van welke kwaliteit je wilt hebben per gebied en daar de normering op aan te passen. In 2011 is er een eerste afsprakenkader gemaakt op basis van tien doelstellingen. Insteek was dat het terrein teruggegeven moest worden aan de stad. Er is allereerst gekeken naar de kwaliteiten (bos, monumenten) en diskwaliteiten (industrie, gevaarlijke stoffen) van het gebied. Er is gekozen voor een doelstelling: Zorgen voor een veilige en gezonde fysieke leefomgeving zonder vast omlijnd eindbeeld. Vervolgens zijn de doelstellingen in gesprek gebracht met de bewoners en andere partijen. Er zijn uiteindelijk drie bestemmingen in het Omgevingsplan Hemburgterrein benoemd: gemengd gebied, bos, verkeer- en verblijfsgebied. De vorm van de regels die gelden kan je vatten in open of gesloten normen. Er is voor gekozen om open normen te gebruiken en die uit te werken in zogenoemde ‘beleidsregels’. Bijvoorbeeld voor verkeersveiligheid is er in de beleidsregels gezet dat er uitgegaan wordt van het Duurzaam Veilig inrichten van wegen en dat er in principe uitgegaan wordt van CROW-richtlijnen. Hier zit dus enige rek in voor argumentatie als er reden is voor afwijking hiervan. Het verschil tussen de huidige en de vorige werkwijze is dat je vroeger bij aanpassing van een nota Ruimte alle bestemmingsplannen moest aanpassen, nu definieer je breder en letterlijk met meer ruimte en is dat niet nodig. Ook de normering bij milieu-eisen e.d. is dus ruimer te maken en gebiedsgericht in te vullen. Zaanstad heeft het terrein verkocht aan een marktpartij en heeft zich tevens anders dan voorheen opgesteld naar die marktpartij:
Vanuit de zaal komt de vraag in hoeverre bijvoorbeeld aandacht is voor fietsen en lopen in de nieuwe plannen. Arnoud geeft aan dat er een motie uit de gemeenteraad hierover is gewest en dat de nieuwe werkwijze ervoor heeft gezorgd dat de eigenaar van het terrein deze motie heeft beantwoord en zijn plannen hiervoor zelfs verder gaan dan de gemeente aan hem zou hebben gevraagd. Meer informatie:
De slotdiscussie focuste zich op de behoefte aan kennis (vooral proceskennis) en tips om al bestaande kennis niet te vergeten (verkeersveiligheidseffectrapportage, voorbeelden van goede participatie). CROW gaat deze zomer werken aan een beknopte brochure over Omgevingswet en de rol van mobiliteit daarin. Mensen die mee willen kijken hierin en een bijdrage willen leveren door mee te lezen of goede voorbeelden aan te geven worden van harte uitgenodigd zich te melden bij Wilma Slinger (wilma.slinger@crow.nl) en Herbert Korbee (h.korbee@korbee-hovelynck.nl).