Deze website maakt gebruik van cookies. Met functionele- en analytische cookies zorgen we er voor dat website goed werkt en verbeteren wij onze websites. Ook plaatsen we marketing cookies om je van persoonlijke content te voorzien. Wil je dit niet? Kies dan voor weigeren, we plaatsen dan alleen functionele en analytische cookies. Meer informatie.

Terugblik: Kick-off Regionaal Mobiliteitsprogramma

Samen werken aan de mobiliteitstransitie

De Kick-off Regionaal Mobiliteitsprogramma van 6 februari stond in het teken van ‘Samen werken aan de mobiliteitstransitie’. Centraal stonden de regionale mobiliteitsprogramma’s om regionale doelstellingen op het gebied van energie & klimaat, bereikbaarheid, leefbaarheid en gezondheid te realiseren. Deze bijeenkomst werd georganiseerd door IPO, VNG, CROW en DRIFT (een kennisplatform gericht op transities).
 
  • Christian Nobel (IPO) opende de dag met een interview van Albert Vermüe (beleidsdirecteur Leefomgeving, VNG, rechts op de foto) en John Pommer (directeur van het Kennisprogramma Verkeer en Vervoer, CROW, links op de foto). Vervolgens peilde Christian hoever de aanwezigen waren met het Regionaal Mobiliteitsplan. De meesten bleken nog maar net begonnen.



    Tansitiedenken
    Derk Loorbach (director bij DRIFT en Professor of Socio-economic Transitions aan de Erasmus Universiteit) legde uit wat transitiesturing is en hoe de Rotterdamse aanpak van de mobiliteitstransitie verloopt.
    Door de grote opgaven en veranderingen werken bestaande kaders en normen niet meer en ontstaan nieuwe normen. We zitten in een niet-duurzame groef, gericht op economische groei en fossiele brandstoffen, stelt Loorbach We moeten uit onze collectieve comfortzone.
    Je kunt dit volgens Loorbach niet sturen door het op te leggen, maar wel door koplopers en initiatiefnemers te faciliteren. Hou vooral het langetermijndoel, je visie goed voor ogen. Creëer met de stakeholders je verhaal over het gewenste toekomstbeeld en plan vanuit dit toekomstbeeld terug naar het heden. Maak hierop je nieuwe normen.
    Dat Loorbach een Rotterdamse professor is, klonk door in de oproep: Geen wegen maar paden.

    Naar de presentatie van Derk Loorbach
     


    Transitiesturing: de casus van Den Bosch
    (DRIFT en Ron Bos, gemeente Den Bosch)
    Ron Bos van de gemeente Den Bosch vertelde tijdens de workshop over de transitiegerichte aanpak op mobiliteit die de stad toepast. Bewonersorganisaties, marktpartijen, kennisinstellingen en gemeente hebben samengewerkt aan het Actieplan Duurzame Mobiliteit voor de stad, onder begeleiding van een onafhankelijke kwartiermaker.
    Ron schetste de verschillende lagen van het mobiliteitsvraagstuk: infrastructuur (hardware) is slechts de eerste laag, daar bovenop komen nog technologie (software), samenwerking (orgware) en gedrag (mindware). In het actieplan komen al deze lagen aan bod in verschillende transitielijnen.
    In de workshop bespraken de deelnemers, geïnspireerd door het verhaal van Ron, waar in hun omgeving de energie zit om te veranderen, en waar ze weerstand tegenkomen. Het vormen van coalities met veel verschillende partijen en mensen sloeg aan, zo kan een proces ‘prettig uit de hand lopen’ en voelen veel mensen eigenaarschap over de vraagstukken. De ene deelnemer deelde dat het goed werkt om de openbare ruimte voorop te stellen, een andere deelnemer worstelt met de toename aan mobiliteitsarmoede in het landelijk gebied. De conclusie van de deelnemers was dat ze veel energie bespeurden, en dat we veel kunnen leren van elkaars werkwijzen en ervaringen. 

    Bekijk hier Actieplan Den Bosch



    Aan de slag met een Regionaal Mobiliteitsprogramma
    (IPO, VNG en Arnoud Crommelin, provincie Gelderland)
    Tijdens de workshop ‘aan de slag met de Regionale Mobiliteitsprogramma’s’ ging een gemengde groep (gemeente, provincie, regio) aan de slag met de vraag: hoe komen we van Klimaatakkoord tot Regionaal Mobiliteitsprogramma? De uitvoering begint namelijk nú en is hier en daar wellicht al begonnen.
    “De provincie Gelderland is al bezig met het formuleren van een visie, hierin is bereikbaarheid niet het doel, maar het middel”, stelt Arnoud Crommelin van de provincie Gelderland. In deze visie wordt het mobiliteitssysteem integraal benaderd, waar opgaven zoals wonen, biodiversiteit en energietransitie allemaal met elkaar worden verbonden.
    De groep werd opgedeeld en de deelnemers gingen praktisch aan de slag. Vragen als: ‘wat gaat er op dit moment goed in jouw regio’ en ‘waar loop jij nog tegenaan’, werden uitgebreid besproken. De deelnemers wisselden ervaringen en kennis uit en leerden van elkaar.

    Toolkit en benchmark: aan de slag in de regio (CROW)
    Door technische mankementen verliep de sessie over de toolkit Duurzame mobiliteit & de benchmark Duurzaamheidsscore niet zoals gepland. Toch was het voor de deelnemers een eye-opener dat er zoveel informatie is te vinden in een tool als de duurzaamheidsscore. “Als ik dat had geweten had ik de consultant deze opdracht niet hoeven geven”, verzuchtte een deelnemer. Aanwezigen gaven aan dat er zeker behoefte is aan meer van dit soort sessies: wat zijn er voor tools/dashboards, wat kun je ermee en hoe werken ze?

    Zie ook www.duurzaamheidsscore.nl en www.crow.nl/duurzame-mobiliteit

    Presentatie toolkit en benchmark
     

    Samenwerken vanuit waarden: ambtenaar 3.0 (CROW)
    Al tijdens de voorstelronde vonden de deelnemers verdieping met elkaar door te delen wat ze belangrijk vinden in het werk. Dat zette de toon voor een inspirerend vervolg van de workshop, waarin vooral naar binnen werd gekeken.
    Tijdens de casus, over woongroep ‘Met elkaar’, werd duidelijk dat we gewend zijn om erg snel in een discussie over standpunten te verzeilen, zonder van de ander te weten waarom dat standpunt zo belangrijk voor hem of haar is. Gelukkig was dat besef er binnen de groepjes ook al snel, waardoor er een ander gesprek en meer begrip ontstond.
    Door daarna met elkaar persoonlijke waarden te delen, werd zichtbaar hoeveel waarden al belangrijk worden gevonden in deze relatief kleine groep. Hoewel waarden in principe niet strijdig zijn met elkaar, moet er voor een goede samenwerking wel recht worden gedaan aan al deze waarden. We mogen dan ook concluderen dat voor een succesvolle mobiliteitstransitie de onderliggende waarden moeten aansluiten bij al die andere waarden die in de maatschappij belangrijk worden gevonden. Het gesprek hierover is nog maar net begonnen.


     










     




    Leren in transitie
    Drift gaf een toelichting op reflexieve monitoring en hoe dit kan helpen bij de mobiliteitstransitie.

    Casus mobiliteitstransitie Waddengebied (Gerwin Klomp, PRW)
    Het Waddengebied is ‘de panda van Nederland’. Die moeten we koesteren. Dit gebied staat voor unieke opgaven, zoals het continu baggeren van de vaarwegen om de eilanden bereikbaar te houden, maar ook voor kansen zoals energieonafhankelijkheid. Gerwin Klomp deelde zijn zoektocht naar nieuwe samenwerkingen en technische oplossingen voor dit gebied vanuit zijn rol in het programma Rijke Waddenzee. Hij sprak over het belang van een eigen motivatie om zo’n complex vraagstuk verder te brengen in samenwerking met regionale partners. Ook als het bestuurlijk nog wat tegenzit, is het waardevol om met welwillende lokale partijen en bondgenoten zelf aan de slag te gaan. Wanneer er dan ideeën en een visie zijn ontwikkeld, zal het makkelijker zijn om bestuurlijke support te genereren. Investeren in relaties met verschillende actoren is in zijn ervaring heel erg belangrijk. Soms is werken aan transitie vooral heel veel koffiedrinken. Je doet het samen. Het proces is belangrijk, maar kun je ook gaandeweg ontwikkelen. De eerste ruimte die je moet maken is ‘mogen verkennen’. Gerwin benadrukte dat het voor velen niet makkelijk is om mee te gaan met een proces dat zich richt op toekomstverkenning en verandering. Dat roept vaak een ‘reflex van bedreiging’ op. 

    Download hier de presentatie van Gerwin Klomp

    En hier meer informatie over het Programma Rijke Waddenzee met onder andere een filmpje over de Wadden.

    Terugblik Kick-off Mobiliteitstransitie 6-feb-20-6
     













    Open space
    Hoe kunnen we goede regionale mobiliteitsplannen maken die richting en ruimte geven aan de transitie naar een toekomstbestendig mobiliteitssysteem?
    Tijdens de open space kregen deelnemers de ruimte om vragen te stellen die tijdens de dag opkwamen, en met elkaar mee te denken. Een selectie van deze vragen:
     
    • Hoe kunnen we beter nadenken over of sturen op autobezit? 
    • Hoe ziet de mobiliteitstransitie er uit voor plattelandsgemeenten?
    • Wat is jouw verlangen dat je met duurzame mobiliteit wil bereiken? 
    • Hoe organiseren we bestuurlijk leiderschap in transitie? 
    • Welke rol speelt ‘minder mobiliteit’ in de transitie?
    • Hoe doorbreek ik mijn eigen mobiliteitspatroon?
    • Hoe krijgen we slimmer goederenvervoer?
    • Wat hebben regio’s nodig dat landelijk geregeld wordt?
    De ruimte werd benut voor een constructieve discussie, het uitwisselen van ervaringen en het formuleren van de eerste stappen richting mogelijke oplossingen of het vinden van antwoorden.
     
    Afsluiting
    De dag werd afgesloten met een borrel.

    Lees ten slotte de blog van Ingo Bousema over de noodzaak van een brede blik, vertrouwen en contact in Regionale Mobiliteitsprogramma's.


     
Scroll naar boven